Papegaaien Encyclopedie

De kaka (Nestor meridionalis) is een papegaai, die van nature voorkomt in de bossen van Nieuw-Zeeland. Er zijn twee ondersoorten, de kaka van het Noordereiland (Nestor meridionalis septentrionalis) en de kaka van het Zuidereiland (Nestor meridionalis meridionalis). De naam kaka komt van het Maorische kākā, maar de naam kaka is ook een algemeen Polynesisch woord voor een papegaai. De kaka is een middelgrote papegaai die circa 45 cm lang is en circa 550 g weegt. Hij is nauw verwant aan de kea (Nestor notabilis), maar de kaka heeft een donkerder verenkleed en leeft meer in de bomen. Ze hebben een bruin, groen en grijs kleurenpatroon met oranje en scharlakenrode schitteringen onder de vleugels. Soms zijn er kleurvarianten met rode tot gele kleuren, vooral op de borst. De vogel leeft in het laagland en in bossen in het middengebergte. De kaka voedt zich met fruit, bessen, zaden, bloemen, bloemknoppen, nectar en ongewervelden. De vogel heeft een borsteltong waarmee hij zich voedt met nectar en hij gebruikt zijn krachtige snavel om de larven van boktorren op te graven. De kaka broedt niet elk jaar, maar eens in de twee tot vier jaar. Dit heeft te maken heeft met de afhankelijkheid van de vruchtcyclus van de bomen uit het geslacht Nothofagus. In de jaren dat deze bomen bloeien en een grote hoeveelheid zaden ontwikkelen zijn de kaka en zijn jongen verzekerd van een groot voedselaanbod.